Skip to main content

De Wet van de Medemenselijkheid – deel 1

Dit blog is het eerste van een serie. 

Naar aanleiding van de enorme aandacht die mijn rechtszaak van 19 oktober jongstleden heeft gekregen en de overweldigende en ontroerende hoeveelheid steunbetuigingen die ik daarna ontving heb ik besloten het verhaal van deze rechtszaak en de verdere gang van zaken in een serie blogs te beschrijven. Nadat ik van LinkedIn ben verwijderd omdat ik aldaar in een blog mijn zorgen uitte over de mij opgedragen taak inzake het opnieuw oproepen van mensen voor corona prikken, heb ik alleen nog dit blog om mijn visie te delen en bij te dragen aan een mooiere wereld . Het delen van dit blog met belangstellenden mag dan ook uiteraard: graag zelfs, u helpt mij hiermee.  

De inzet in deze zaak is veel principiëler dan de vraag of ivermectine nu wel of niet bewezen werkzaam is tegen COVID-9. . Het gaat hier om de vraag wat er nu eigenlijk belangrijker is: de patiënt.of de regeltjes en protocollen. Een protocol kan onmogelijk rekening houden met de gehele mens. De arts die daarmee rekening wil houden, mag (en moet in mijn visie soms zelfs) afwijken van het protocol uit compassie met de patiënt..

Ik dank iedereen die mij steunde en steunt. Ik voel mij door de vele warme reacties enorm gesteund om door te gaan.. 

Wat vooraf ging. 

Het is eind 2021 als ergens in het land een patiënt zijn recept afgeeft bij de balie van apotheker Verraeth*.  De apotheker opent het dossier en ziet dat er een Verschrikkelijke Gebeurtenis heeft plaatsgevonden: de patiënt heeft van een arts namelijk een recept gekregen voor ivermectine. Verraeth herinnert zich ineens dat de Inspectie had gezegd dat artsen die zo’n recept maken, moesten worden verklikt bij de inspecteur. Waarom, dat wist de apotheker eigenlijk zelf ook niet, ‘maar bevel is bevel’, zo was zijn enige gedachte, want waarom zou je verder nadenken als de inspectie gewoon zegt wat je moet doen? Nergens goed voor en bovendien erg vermoeiend. Glimmend van trots belt hij de Inspectie. Opgewonden vertelt hij over de geconstateerde Verschrikkelijke Gebeurtenis.  Zo begon het.

En zo ook kon het gebeuren dat enige tijd later een delegatie van de Inspectie –tadaaa!- een heuse inval deed bij een apotheek elders in het land als ware zij een eigentijdse inquisitie.

Laten we die laatste apotheek voor het gemak even Apotheek de Hoop noemen. De heer de Hoop was een dappere collega van apotheker Verraeth. De Hoop had namelijk het lef gehad om ivermectine aan patiënten te leveren en dat was natuurlijk meer dan verschrikkelijk, want oké,, dat was dan wel een veilig middel, maar het mocht niet. Waarom niet? Nou ja, gewoon, omdat het verboden was natuurlijk. Verder wist de inquisiteur het ook allemaal niet, jeetje, zeg, doe niet zo moeilijk. Gewoon, bevel is bevel en dat geldt natuurlijk voor iedereen die geen gedoe wil. 

De dappere apotheker werd verplicht om de recepten te overhandigen met daarop de namen van de artsen en ziedaar: de inspectie had een bende zware criminelen in het vizier. De jacht was geopend.

De zaak

Op woensdag 19 oktober vond de rechtszaak plaats waarbij ik mij heb verdedigd tegen het opleggen van een boete door de Inspectie. Deze boete van 3000 euro was mij opgelegd omdat ik aan een aantal patiënten met COVID-19 ivermectine heb voorgeschreven. Een verslag hierover op de onafhankelijke journalistieke site Indepen.nl werd massaal gedeeld en leidde tot vele honderden reacties van over de gehele wereld: het leeft kennelijk enorm. Maar waar gaat het eigenlijk allemaal over? 

Kort gezegd luidt de aanklacht dat ik ivermectine heb ingezet voor een indicatie waarvoor het niet officieel is geregistreerd. Dat heet off-label voorschrijven en dat heb ik inderdaad gedaan. Off label voorschrijven is zeer gangbaar en vindt dagelijks plaats. Vrijwel iedere praktiserend arts doet het en vaak gaat het daarbij om middelen die minder veilig zijn dan ivermectine. Het gebeurt al vele jaren, het gebeurt vrijwel dagelijks en iedereen weet dat. Ook de inspectie. Nooit heeft iemand de inspectie er op kunnen betrappen dat zij zich daar zorgen om maakte. Nog nooit is er een boete voor gegeven, zelfs geen waarschuwing.

Toch vaardigde de inspectie in 2021 plots een waarschuwing uit aan artsen: als je ivermectine voorschrijft voor COVID-19 dan kun je tot wel 150.000 euro boete krijgen. Anderhalve ton. Ja, men maakte het zelfs nog bonter: de inspectie riep apothekers zelfs op om artsen aan te geven die ivermectine-recepten uitschreven. Je leest het goed: de IGJ riep hulpverleners op om artsen die hun patiënten willen helpen te verraden. Ik wist werkelijk niet wat ik hoorde. Was dit Noord-Korea? De oude DDR? Was dit Nederland in haar donkerste tijden?

Het gekke is: off-label voorschrijven is wettelijk gewoon toegestaan, als je maar voldoet aan een aantal voorwaarden: je moet de patiënt goed informeren over het feit dat het gebruik off-label is, je moet overleggen met een groep collega’s en met een apotheker, er moet een protocol voor zijn en je moet nagaan hoe de behandeling verloopt. Dat alles heb ik gedaan. Met een speciaal daarvoor gevormde groep artsen gebruikten wij protocollen opgesteld door een internationale groep experts uit Amerika. In goed overleg hadden wij die samen met een apotheker aangepast aan de Nederlandse situatie. 

De inspectie echter stelt dat die groep collega’s volgens de wet geen beroepsgroep is. Maar: in de wet staat helemaal niet beschreven wat dan wel onder een beroepsgroep wordt verstaan. In de Dikke van Dale staat het wel: een groep mensen met hetzelfde of een aanverwant beroep. We bestonden uit artsen en apothekers.

De inspectie stelt ook dat de protocollen niet geldig zijn. In een tijd waarin artsen de wereld over reizen om van elkaars ervaringen te leren en er nota bene een mondiaal probleem is, mogen wij kennelijk onze patiënten niet laten profiteren van ervaringen die elders in de wereld zijn opgedaan. We hebben een protocol uit ons eigen kikkerlandje en daar moet de arts zich als een robot aan houden.

Toch heeft de Hoge Raad in het verleden een interessante uitspraak gedaan: in een specifieke situatie moet de arts altijd een eigen professionele afweging maken. En: daarbij mag hij, ja moet hij soms van de protocollen afwijken als dat in het belang van de patiënt is . Kort gezegd: de patiënt gaat boven het protocol. En dat is precies het principe dat ik in deze gevallen gehanteerd heb. Een principe dat de IGJ kennelijk nog niet helemaal heeft begrepen. 

De misdaad

Wat er gebeurd is, is dat ik (en met mij een groep van een kleine 20 andere artsen) in een klein aantal gevallen ivermectine heb voorgeschreven. Dat gebeurde in alle gevallen op verzoek van de patiënt zelf. Veel mensen wilden bijvoorbeeld per se niet opgenomen worden, bijvoorbeeld omdat ze niet in isolatie en zonder hun naasten verpleegd wilden worden. De meeste patiënten herstelden spontaan, maar sommigen werden zieker. Enkelen lieten zich toch opnemen, anderen weigerden. En een aantal  daarvan had het gevoel dat ivermectine  hun redding kon zijn. 

Juli 2022. Op de deurmat tref ik een brief aan van de inspectie. Ze hebben een overtreding geconstateerd en gaan er meteen vol in. Geen waarschuwing maar meteen een boete. Als bijlage tref ik een stapel papieren in met heel veel vragen. Was het recept inderdaad van u? Was het inderdaad voor COVID-19 voorgeschreven? U wist toch zeker wel dat daar boetes op stonden? Te midden van de tientallen vragen was er echter één vraag die niet gesteld werd terwijl die, wat mij betreft, de belangrijkste vraag van allemaal had moeten zijn. En dat was de vraag: “Hoe is het nu eigenlijk met uw patiënten?”. Ze waren allemaal genezen. Maar dat deel van het verhaal echter leek de inspectie niet te interesseren…

Een document dat hier relevant is, is de verklaring van Helsinki 1 waarin beschreven staat aan welke ethische principe artsen zich dienen te houden bij het gebruik van middelen waarvan het effect niet, of nog niet,  is bewezen.  Hier lezen we dat de arts off-label middelen mag voorschrijven als er geen bewezen alternatief medicament voorhanden is. Laat dat nou precies hetgeen zijn wat er aan de hand was! Maar wellicht heeft de Inspectie nog nooit kennisgenomen van deze verklaring, dat zou natuurlijk heel goed kunnen.

Mijn advocaat vertelde me dat ik ervoor kon kiezen om de boete te betalen. Dan was het klaar. Het alternatief was: bezwaar maken en naar de rechter gaan. Ik hoefde niet na te denken en koos voor het laatste. Want ik had naar mijn volstrekte overtuiging niets misdaan.  Integendeel: ik had naar eer en geweten gehandeld, had de wet waar mogelijk gevolgd en daar waar ik die in strijd achtte met mijn plicht als arts, koos ik voor mijn professionele plicht. Ik had zieke mensen die niet naar het ziekenhuis wilden en ivermectine als hun redding zagen, op hun uitdrukkelijk verzoek geholpen. De vraag of ivermectine bewezen werkzaam was en of ik dat ook vond, was daarbij een stuk minder interessant:  daar gaat deze kwestie dan ook niet over. Belangrijker was voor mij de vraag of ik hiermee de patiënt onevenredig zou kunnen schaden, want dat raakt aan een basisprincipe van ons handelen. Het antwoord wist ik eigenlijk al: ivermectine is een van de meest veilige middelen die we kennen. Die eigenschap werd zelfs met name genoemd toen de ontdekker ervan in 2015 de Nobelprijs voor geneeskunde werd toegekend. Ik checkte het nog met een apotheker en met een expert op dit gebied, een voormalig hoofdmedewerker van nota bene het Lareb. Hij gaf me gelijk. 

Een week of wat geleden begon de IGJ met haar campagne. Triomfantelijk meldde ze in haar persbericht dat 16 artsen beboet werden voor het voorschrijven van verboden geneesmiddelen. Het bericht suggereerde dat we hier te maken hadden met een stel gevaarlijke warhoofden die slonzig in elkaar gedraaide verboden pillen verkocht aan nietsvermoedende patiënten. Desinformatie van overheidswege – en niet voor het eerst.

Want de waarheid was dat wij, op basis van op de Nederlandse situatie aangepaste internationale protocollen, in overleg met een groep artsen, in overleg met een apotheker, officieel toegelaten geneesmiddelen voorschreven aan patiënten die daar zelf om verzochten en die dit verzoek herhaalden nadat ze door ons uitgebreid schriftelijk waren geïnformeerd, ook over het off-label karakter bij deze indicatie. Bovendien deed ik dat pro deo: van geen enkele patiënt is ook maar enige  betaling of andere tegenprestatie gevraagd of ontvangen.

De visie

Vaak horen we van critici dat we die recepten niet hadden moeten schrijven. We wisten toch dat het niet mocht? Sommigen laten ons weten dat ze zich er eens goed in verdiept hebben en concluderen dat ivermectine niet helpt. Maar wie zo redeneert, mist de de essentie en begrijpt niet waar het hier echt om gaat.  Het gaat namelijk niet om het dispuut of ivermectine nou wel of niet helpt. Onderzoeken lopen nog dus dat weet ik namelijk ook niet met zekerheid. 

Wie in de boeken duikt en vervolgens concludeert dat het medicijn weinig doet op COVID-19, baseert zich op de ratio, op bibliotheekwijsheid en evidence. Dat is een belangrijk onderdeel. Maar het wel een onderdeel. En mij gaat het om de gehele mens.

Ook ik ben ook opgeleid met ‘evidence based medicine’, de stroming die streeft naar ‘geneeskunde op basis van wetenschappelijk bewijs’. Waar mogelijk pas ik behandelingen toe waarvan het effect en de veiligheid vast staan. Dat ons dat in de geneeskunde vaker niet dan wel lukt, is voor veel dokters lastig toe te geven. Er zijn echter moderne en originele denkers die stellen dat we hierin doorschieten. Professor Mattias Desmet, psycholoog en statisticus, houdt zich bezig met effectiviteit van onderzoek en stelt dat we de wetenschap zodanig hebben omarmd dat ze het debat verstikt2. Het is niet de bedoeling dat u er kennis van neemt: ook zijn visies worden heftig gecensureerd.

Hoogleraar wiskunde en statistiek Ronald Meester, een expert die onderzoek doet op het gebied van wiskunde en levensbeschouwing,  wetenschapper pur sang, waagde het om enkele heilige huisjes ter discussie te stellen in zijn lezenswaardige boek  ‘Wetenschap als nieuwe religie’. Stof die schuurt voor wie graag vasthoudt aan wat er is, interessant voor wie het lef en de vrijheid van denken heeft om verder te kijken en zo tot breder inzicht te komen 3.  

Deze wetenschappers raken een belangrijk punt. De puur wetenschappelijke manier van benaderen is in onze maatschappij heilig verklaard, maar heeft ook beperkingen. Want er is meer tussen arts en patiënt. En dat laatste ervaar je meer en meer als je vele jaren gewerkt hebt en vele duizenden patiënten hebt behandeld. Zelf ben ik meer een man van het directe contact, meer voor de spreekkamer en het ziekbed dan voor de bibliotheek. En dan kun je een situatie tegenkomen zoals deze.

Een oudere patiënte krijgt corona. Ik zie haar niet vaak en ken haar al langer als een eigenzinnige en daarom ook interessante dame die niets moet hebben van zorg en pillen. Terwijl  ik op de rand van haar bed zit, legt ze haar hand op mijn arm en vraagt ze me om te beloven dat ze hoe dan ook niet naar het ziekenhuis hoeft. Ik vertel haar dat ik niet kan beloven dat ik dat nooit zal voorstellen, maar ze uiteindelijk altijd zelf beslist en dat ik een weloverwogen beslissing zal respecteren.

Als ze in de dagen erna zieker wordt praten we hier uitgebreid over, maar ze blijft bij haar standpunt. Ze is nog niet toe aan opname, maar we zien dat punt wel naderen. Dan komt de dochter met de vraag of moeder niet een kans mag krijgen om met ivermectine behandeld te worden. Ze heeft gehoord dat dat zou kunnen helpen. Wat heeft ze te verliezen? Moeder blijft stellig: ze gaat niet naar het ziekenhuis. Dan gaat ze nog liever thuis in haar eigen bed dood. En ik weet dat het menens is: deze vrouw weet wat ze wil en blijft daarbij. 

We spreken uitgebreid over het middel. Ik vertel haar eerlijk dat ook ik niet zeker weet of het werkt. Dat het off-label is en de inspectie er ineens erg moeilijk over doet, al kan ik medisch gezien niet uitleggen waarom. Maar moeder wil echt onder geen beding naar het ziekenhuis. De dochter is er van overtuigd dat haar moeder met ivermectine geholpen zou kunnen worden en smeekt me bijna om haar die kans te geven. Ik weet dat de dochter, als deze dame zou overlijden, altijd het gevoel zal hebben dat haar moeders dood voorkomen had kunnen worden. Of dat waar is, is op dat moment niet meer belangrijk: ik ga het gewoon niet laten gebeuren en regel het recept.  

Dit zijn situaties uit de praktijk. Ze roepen de vraag op wat er nu belangrijker is: het protocol en de regeltjes, zoals de IGJ bepleit,  of de mens achter de patiënt? Voor mij is het helder. Ik probeer mij aan de regels te houden als het kan, maar zal daar van afwijken als dat in het belang van de patiënt moet. Hierbij voel ik me gesteund door voornoemde uitspraak van de Hoge Raad.

Tegen de collega´s die zeggen dat ze diep in de literatuur gedoken zijn en daarna geconcludeerd hebben dat het effect van ivermectine  onbewezen is zeg ik: je hebt niet begrepen waar het om gaat. Wat hier gebeurt leer je niet als je medicijnen studeert. Hier gaat het om geneeskunde, maar eigenlijk zelfs over de overtreffende trap ervan. En dat is geneeskunst. Het is het afwegen van alle belangen van de patiënt, van de hele mens, met zijn of haar verleden, omgeving, angsten, overtuigingen, hoop, geloof, met een eigen karakter en persoonlijkheid. Als je dat gaat zien, dan wordt het contact mooi, dan ontstaat er emotie,  je gaat mee- en invoelen. Er groeit verbinding met de mens die daar in het ziekbed ligt, iets dat in de buurt komt van een echt en oprécht geven om de ander. Daar, gezeten naast de zieke, aan de rand van dat bed, wint het begrip ‘naast-en-liefde’ het met overmacht van het regeltjes-fetisjisme van de inspectie

En weet je: dan is het effect maar niet bewezen, ook goed. Want als ik dan de opluchting zie bij de patiënt en haar dochter, dan is er voor mij namelijk iets veel mooiers bewezen. Dan zie ik dat ik betekenis heb gehad voor deze kwetsbare mens, op een cruciaal moment dat voor haar zo wezenlijk is. Deze mens, die zich in al haar kwetsbaarheid  overgeleverd voelde aan mijn beslissing. Die (terecht of onterecht, maar dat doet op dat moment helemaal niet meer ter zake!) in elk geval het gevoel had dat de laatste kans op redding afhing van de vraag of ik wilde meewerken. Dan voel ik een diepe overtuiging dat dit goed was. En dan is het misschien niet ‘evidence based’ en mag een inspecteur vanachter zijn bureau vinden dat ik de wet overtreden heb: het zij zo, want dan kies ik even voor mijn hoogste wet: de Wet van de Medemenselijkheid. Dat is de enige manier waarop evidence based medicine voor mij kan werken.

Misschien moesten we er maar eens eens een flinke scheut ‘human based medicine’ doorheen gooien. Want geloof me, daar worden niet alleen wij, maar ook onze patiënten pas écht beter van.  

Blogdo©

        * de namen in deze column zijn gefingeerd

  1. https://www.wma.net/policies-post/wma-declaration-of-helsinki-ethical-principles-for-medical-researchinvolving-human-subjects/
  2. https://www.youtube.com/watch?v=sQNJ8XV4NpQ
  3. Prof. dr. R. Meester: Wetenschap als nieuwe religie. Hoe Corona de spirituele schaarste in onze samenleving blootlegde. Ten Have uitgevers, EAN 9789025910884

Schrijversvreugd

(Dit artikel is geschreven voor en verschenen in het vierde nummer van het tijdschrift We Are Pioneers, een tijdschrift dat een positieve kijk op de coronacrisis biedt)

Het is zomer in Brabant en dus oogsttijd. De gewassen rijpen in de warme streling van de zon, boontjes en courgettes barsten uit hun vel alsof ze onheil voorzien en nog één keer hun best willen doen in wat wellicht een van de laatste oogstseizoenen ooit zal blijken. 

Ook corona-technisch is het komkommertijd. Maar als columnist hoeft dat het plezier in het schrijven natuurlijk geenszins in de weg te zitten, want voor wie er lol in heeft komt er altijd wel iets voorbij dat de moeite waard is om de pen voor in de inkt te dopen. Want schrijven is soms nodig, vaak nuttig maar altijd leuk om te doen. 

In feite is het net als knutselen. In een vorig leven woonde ik in Zweden, waar ik kennis maakte met het fenomeen ‘snickarglädje’, een oergezellig woord dat ik zou vertalen als ‘timmermansvreugd’. Het refereert aan de fijne houtbewerkingen die je vaak aantreft aan de gevels van traditionele Zweedse huizen. Passender had ik het woord niet kunnen bedenken, want al wegdromend zie je die jolige timmerman al voor je, vrolijk fluitend in de weer met beiteltjes en gutsjes, onderwijl schalkse blikken werpend op de mooie blonde schonen die met lentebloemetjes in het blijmoedig opgestoken haar knöterig rondom het midzomerkruis dansen. 

Maar goed, dat geknutsel is niet echt voor mij weggelegd. Met enige afgunst kijk ik naar de klusser die urenlang de werkplaats in duikt en wondertjes verricht met hamers, spijkers en schroeven. Zelf kom ik doorgaans weinig verder dan het vervangen van een lamp. Bij Ikea-meubels blijkt doorgaans dat ik ofwel links en rechts, ofwel voor- en achterkant verwisseld heb, een ontdekking die zich meestal pas openbaart rond het moment dat ik met voortijdige trots het laatste schroefje wil indraaien. Mijn vrouw heeft, wijs geworden na jaren van aanvankelijk ongeloof, de gewoonte ontwikkeld om de resultaten van mijn fröbelwerk eerst te prijzen, om vervolgens voorzichtig te vertellen dat het opgehangen kastje eigenlijk andersom, aan een andere muur of in een andere kamer had moeten hangen. De empathie waarmee dergelijke slecht nieuws-gesprekken plaatsvinden zijn subtiele getuigen van eindeloos geduld en onvoorwaardelijke liefde. 

Kortom: zolang ik mag kiezen neem ik liever de pen dan de hamer ter hand en schaaf ik liever aan teksten dan aan een hardhouten plank. Dat heeft naast het beperken van de materiële schade nog allerlei andere voordelen, zoals het feit dat je nog eens even kunt nadenken over wat je aan het papier toevertrouwt en kunt schuiven met punten, komma’s en ander interpunctueel kleinood. Want waar bij het knutselen de afvalcontainer zich snel vult met de restanten van mislukte pogingen, kun je bij het schrijven volstaan met de delete-knop en dat ziet er bij eenzelfde aantal miskleunen toch net een stuk opgeruimder uit. Maar het grootste voordeel van schrijven is toch wel de schier eindeloze reeks onderwerpen die zich aandient en daarbij is het echt niet allemaal kommer en kwel. Integendeel: voor de schrijver die er oog voor heeft vallen er ook in deze tijden met regelmaat leuke dingen te ontdekken. In Zweden zouden we dat ‘skrivarglädje’ noemen. En opvallend genoeg zijn het vooral onze bestuurders die al geruime tijd met regelmaat een brede glimlach op mijn gezicht teweeg weten te brengen en voor veel schrijversvreugd zorgen.

In het begin van de coronatijd was daar bijvoorbeeld  de discussie over de beroepsgroepen die nog mochten doorwerken: de zogenaamde essentiële beroepen. Politici hadden in hun wijsheid besloten dat brandweerlieden en artsen tot de essentiële beroepen hoorden, naast prostituees en, natuurlijk, de tandenfee. Dat laatste was een in mijn ogen zeer terechte vaststelling. In die tijd hield ons ministerie zich nog ook nog bezig met de manier waarop men virus-proof  een voetbalwedstrijd kon bekijken en had ons ambtenarenapparaat het druk met de opkomst van een exotische mier, genaamd het Mexicaans wiebelkontje. Een groter plezier kun je een columnist natuurlijk niet doen, en deze onderwerpen waren dan ook stuk voor stuk goed voor een column vol schrijversvreugd.

En dat gaat maar door. Zo las ik onlangs dat de premier van Spanje een effectieve oplossing had bedacht voor de mondiale energiecrisis. De remedie was even simpel als geniaal: een nationale stropdasloze dag!  Door die stropdas weg te laten kon het bovenste knoopje van de blouse immers open en de de airco een stuk lager. Briljant, natuurlijk. Dat we nou daar zelf niet op gekomen waren! Het is een oplossing die het energieverbruik drastisch zal verminderen en vermoedelijk in haar kielzog meteen ook het stikstofprobleem van tafel haalt, zodat we en passant Remkes kunnen ontslaan. Misschien moeten we met zijn allen dat wurgende stukje textiel, geweven uit je reinste stikstof, fluks gaan vervangen door een boerenzakdoek, want die dingen geven een stuk meer lucht. 

Wie op zoek is naar berichten waarbij triestheid en humor om voorrang vechten, wordt door de internationale politiek op zijn wenken bediend. Zo is de regering in China, het land van de oude wijsheden, in haar streven naar zero tolerance voortvarend aan de slag gegaan om de complete vangst van haar vissersvloot te testen op corona. Elke schol, krab en oester moet voortaan een coronatest ondergaan op straffe van een onmiddellijke repatriëring naar zee, want besmettingsgevaar en veiligheid. Gelukkig zijn er Chinezen genoeg om bij elke gevangen garnaal een PCR stokje in de neus te wriemelen: better safe than sorry. Persoonlijk zou ik het liefst nog wat grondiger aanpakken en elk risico vermijden: gewoon de hele oceaan een paar weken in lockdown. En omdat we hier steeds meer op China gaan lijken vermoed ik dat minister Kuijpers binnenkort de noodwet gaat aanpassen: de Peking eend zal dan voortaan alleen nog geserveerd mogen worden compleet met geverifieerde QR code en met de stok nog in de snavel. 

Soms droom ik ervan dat politici zich alleen nog bezig zouden houden met de noodzaak van stropdassen en een wiebelkontjesplaag. Het zou ons land een stuk leefbaarder maken. Ik zie eigenlijk maar één nadeel: het zou me een hoop schrijversvreugde kosten.


Blogdo©

Wel of niet de volgende COVID-prik? Enkele overwegingen bij de keuze

(Een artikel geschreven voor mijn patiënten, gepubliceerd op mijn praktijkwebsite www.huisartsvingerhoets.nl)

Net als ieder najaar zullen binnenkort de uitnodigingen voor de griepprik weer de deur uit gaan. Dit jaar komt daar ook de vraag bij of men zich (wederom) wil laten inenten tegen COVID-19. Dit is een dilemma waar velen nog niet uit zijn en dat is begrijpelijk, want er is nog veel onzeker. In het onderstaande zet ik een aantal overwegingen op een rij die bij de keuze wellicht behulpzaam kunnen zijn. 

Aanvankelijk was het verhaal duidelijk. De overheid voorzag ons van informatie die er ongeveer zo uitzag: COVID-19 was een ziekte die een vrij hoge sterfte leek te gaan hebben. Er kwam een prik, die super goed getest en veilig was. En daarmee zouden we niet alleen zelf beschermd zijn maar ook zouden we door die prik anderen beschermen, want we zouden  het virus niet meer overdragen. Tot slot zouden we er ook de lange nasleep ervan, long-COVID, mee voorkomen.

We zijn nu ruim 2 jaar verder en van het bovenstaande verhaal staat niet meer zo heel veel overeind. De sterfte aan COVID-19 bleek niet hoger dan die van een fikse griep. Bovendien had een grote groep mensen weinig van het virus te vrezen: de kwetsbare groep was goed te onderscheiden. De prik bleek niet te beschermen tegen infectie en evenmin tegen overdracht. Het  effect nam zeer snel af en bovendien bood de prik nauwelijks bescherming tegen long-COVID. Kortom: inmiddels kunnen we in alle eerlijkheid niet anders concluderen dan dat de overheidsinformatie over COVID-19 voor een groot deel niet klopte.

Er verschenen steeds meer berichten over soms (zeer) ernstige bijwerkingen van de injecties. Zelfs toen het prikken al was begonnen bleek dat sommige van de gebruikte middelen bleken alsnog ongeschikt waren voor bepaalde leeftijden. Na de start van het prikken bleek het ook landelijke sterftecijfer maand na maand hoger te zijn dan normaal. De overheid, die eerder gesteld had dat “vaccineren echt de enige oplossing” was,  liet pas na veel aandringen door de Kamer onderzoek doen. Niet door onafhankelijke instanties, maar door een instantie van diezelfde overheid. De conclusie was al snel dat er geen verband met de prikken was. Onafhankelijke experts hadden bedenkingen bij het onderzoek, maar kregen, tegen alle wetenschappelijke regels in, geen inzage in de gegevens. De reden die werd opgegeven was dat dat niet kon wegens de privacy. Dat argument was natuurlijk bijzonder ongeloofwaardig: nog geen jaar was immers iedereen verplicht om zijn privacy op te offeren terwille van vaccinatie- en herstelbewijzen. Bovendien kan onderzoek naar sterfgevallen heel goed anoniem gemaakt worden. Dit kan de reden dus niet zijn en het dus rijst de vraag wat de overheid wil verbergen. 

Dat laatste illustreert een nieuw element dat er bij gekomen is: een open en eerlijke discussie wordt de kop in gedrukt, hoe respectvol die ook gevoerd wordt. En juist dat maakt het voor velen zo moeilijk om de  afweging te maken: wil ik die 4e of zelfs 5e prik eigenlijk nog wel hebben? Want wie zoekt, vindt doorgaans niet de gezochte afgewogen en onafhankelijke informatie, maar nagenoeg alleen de argumenten die pleiten vóór prikken. 

Wat weten we inmiddels? Het lijkt er op dat de prikken voor kwetsbare mensen de kans op het krijgen van COVID-19 op zichzelf niet verkleinen.  Mogelijk verkleinen ze voor kwetsbare mensen wel de kans op een ernstig verloop daarvan. Maar wie zijn er nu kwetsbaar en wie niet? 

Kwetsbaar zijn met name bejaarden, mensen met ernstig overgewicht, mensen met ernstige hart- en longaandoeningen en slecht geregelde diabetes. Veel andere groepen zijn door de overheid ook als ‘kwetsbaar’ aangewezen, maar dit is niet meer dan een aanname:  bij de registratiestudies zijn de voors en tegens bij bijvoorbeeld mensen met een afweerstoornis helemaal niet onderzocht. Wellicht zijn zij ook kwetsbaarder voor de nadelen? 

Kinderen zijn niet kwetsbaar voor COVID-19 en hebben geen voordeel van de prikken. Onderzoek naar het effect van de prik bij kinderen is er vrijwel niet. Veel landen in Europa prikken hun kinderen dan ook niet of komen op die beslissing terug. Denemarken prikte eerst wel, maar noemt dat nu ‘een vergissing’. 

Daar komt bij dat een groot deel van de bevolking, geprikt of niet, inmiddels al een infectie met het COVID-19 virus doorgemaakt heeft. Dat betekent dat zij afweerstoffen hebben opgebouwd. Het lijkt er op dat een natuurlijke infectie niet alleen beter beschermt tegen varianten van het virus, maar ook veel langduriger bescherming geeft dan een prik. Het is dan ook de vraag of je wel een prik wilt nemen als je het virus al onder de leden gehad hebt. 

Kortom: hoor je tot de kwetsbare groepen en heb je het virus zelf nog niet doorgemaakt, dan kun je overwegen om je te laten prikken.  Maar wat zijn dan de nadelen? 

Daar wordt het opnieuw wat lastig. Want er zijn zeker aanwijzingen voor nadelen en bijwerkingen, soms zelfs ernstige, maar het is vaak moeilijk om keihard aan te tonen dat die van het vaccin komen. Dat komt mede omdat de fabrikant ons wat dat betreft zand in de ogen heeft gestrooid door al vroeg tijdens de onderzoeksfase de zgn. controlegroep ook te prikken. Zo kun je in feite de bijwerkingen niet meer betrouwbaar onderzoeken. Hierdoor kwamen namelijk de voordelen wel maar de nadelen niet naar voren en ontstond er geen eerlijk beeld van de werkelijkheid. En dat wist de fabrikant natuurlijk heel goed. 

Onderzoeken tonen enkele nadelen van de prikken aan, waarvan een aantal ernstig. Zo zijn er sterke aanwijzingen voor een vergroot risico op stollingsproblemen zoals hersentrombose en bloedingen bij sommige prikken. Bij jongeren zien we een toename van ontstekingen van de hartspier en het hartzakje. We weten uit dierexperimenten dat de minuscule deeltjes in de prik zich veel verder in het lichaam verspreiden dan aanvankelijk gedacht werd en onder andere in hersenen, beenmerg en eierstokken gaan zitten. De effecten daarvan op langere termijn zijn onbekend. Als je dit weet zou je natuurlijk moeten kijken hoe dat bij mensen zit. Maar dat is gek genoeg nooit onderzocht, dus niemand weet dat. En dan is er de nog altijd onverklaarde oversterfte, waarbij controle door onafhankelijke wetenschappers niet werd toegestaan. Dat voedt uiteraard het wantrouwen. 

Het is mogelijk dat voortgezet onderzoek deze nadelen weer wat kan relativeren. Maar het kan ook de andere kant op gaan. Het veelgehoorde argument is dat er aanvankelijk geen tijd was voor goed onderzoek gezien de urgentie van de situatie. Maar dan blijft overeind dat er nu geen geldige reden meer is om niet-kwetsbare groepen te prikken, al helemaal niet nu duidelijk is dat daarmee de de overdracht niet tegengehouden wordt. 

Wat is de conclusie van dit verhaal? De conclusie is dat dat niemand precies weet wat wijsheid is. Er zijn aanwijzingen voor een gunstig effect bij een beperkte groep. Er zijn ook  aanwijzingen voor nadelen. De oversterfte blijft vragen oproepen. Beide partijen blijken het vaak moeilijk te vinden om onzekerheden in hun verhaal toe te geven. En toch is dat het eerlijkst.

Enkele algemene richtlijnen zijn wel te geven. 

-Kinderen hebben nauwelijks iets te vrezen van COVID-19. Elk nadeel weegt dus al snel te zwaar. Het prikken van kinderen heeft geen nut en is dus strijdig met de opdracht die de arts heeft om als eerste niet te schaden. Gewoon echt niet doen dus, behoudens wellicht een zeer sporadisch geval op uitzonderlijke medische gronden. 

-Hoort u niet bij de kwetsbare groep of heeft u reeds een natuurlijke infectie doorgemaakt, dan zijn de voordelen van prikken voor u heel gering.

-Hoort u tot de kwetsbare groep en heeft u geen natuurlijke infectie doorgemaakt, dan kunt u een injectie overwegen. Hierbij  zult u zelf uw afweging moeten maken tussen de mogelijke voordelen en de deels onzekere nadelen. 

Het zou vanzelfsprekend moeten zijn dat u hierover met uw arts open over kunt praten om zo samen een optimale afweging te maken. Helaas heeft niet iedereen het gevoel dat die mogelijkheid er is. 

Dat alles kan maar tot één slotsom leiden: u maakt uw eigen overweging op basis van wat voor u persoonlijk het zwaarst weegt, waar nodig en mogelijk samen met uw arts. Drang of dwang tot prikken, direct of indirect, is niet verdedigbaar. De zelfbeschikking over uw lichaam moet te allen tijde overeind blijven. 

 Natuurlijk zijn onze medewerkers en ik altijd bereid om indien gewenst met u mee te denken in een open gesprek waarbij de uiteindelijke beslissing uiteraard altijd bij uzelf ligt. Úw lichaam, úw beslissing. 

Jan Vingerhoets, huisarts

Van vrijheid, intuïtie en een dappere tante

Dit artikel is geschreven voor en verschenen in het derde nummer van het tijdschrift We Are Pioneers, een tijdschrift dat een positieve kijk op de coronacrisis biedt (www.wearepioneers.nl)

Niets is wat het lijkt. Dat geldt zelfs voor deze uitspraak, die lijkt op een oude dooddoener
maar de bruikbaarheid heeft van een lifehack. Want wat we zien en horen is zelden de
ongenuanceerde werkelijkheid.
Wie zich eenmaal daadwerkelijk openstelt voor een onbevooroordeelde kijk op de wereld
zal al snel ervaren dat het leven daarmee authentieker en oprechter wordt. Maar dit vergt
vertrouwen, onbevangenheid en de acceptatie van enig ongemak: vaak immers betekent dit
het afscheid van veilige aannames en het onderkennen van onbewuste angsten. Niet
iedereen wil dat aangaan en dat leidt helaas menigmaal tot verwijdering tussen vrienden of
familie. Toch kan het ook tot het omgekeerde leiden: positieve verrassingen die mensen juist
dicht bij elkaar brengen, zoals ik zelf mocht ervaren.
Vroeger, als kind, zag ik haar vaker, als onderdeel van familiebezoekjes op de
zondagmiddag. Ze fascineerde me, want ze had jarenlang als non geleefd. Ze moest dus
wel iemand zijn die zich altijd aan alle regels had gehouden en als jong mannetje voelde ik
al dat mijn leven een heel andere richting in zou gaan. Niet alleen miste ik de benodigde
devote ambitie, maar met een soort allergie voor al te strikte regels zou zoiets voor mij
sowieso onhaalbaar zijn. Toch was ook zij na een respectabel aantal jaren uiteindelijk
uitgetreden. Veel meer wist ik er ook niet van en dat zou altijd zo gebleven zijn als het toeval
daar geen verandering in gebracht had.
In de loop der jaren verloren we elkaar uit het oog. Zij omdat ze meende dat ik vast geen
interesse zou hebben voor een oude tante in de herfst van haar leven. Ik omdat ik niet in de
gaten had hoezeer zij onze verwantschap voelde. Bovendien: iemand met deze
duizelingwekkende mate van rechtschapenheid zou vast nauwelijks begrip kunnen
opbrengen voor mijn levenswandel die niet altijd vrij was van turbulentie en waarin
bovendien godvruchtigheid niet altijd leidend was geweest.
Later, veel later pas, zou ik er achter komen dat het tegendeel waar was: zij had juist al die
jaren de overeenkomstige energie tussen ons ervaren en een bijzondere verbinding
gevoeld. Ik had daar geen benul van, totdat ze uiteindelijk besloot om contact op te nemen.
Luttele weken later zaten we samen in haar appartement. En deze vrouw, die ik altijd had
gezien als een schoolvoorbeeld van rechtschapen volgzaamheid, vertrouwde mij de
indrukwekkende details uit haar levensverhaal toe. De werkelijkheid bleek verrassend – en
heel anders dan ik altijd gedacht had.
Als puber was zij een levenslustige meid met joie de vivre, een vrije geest vol eigen ideeën.
Ze had levensruimte nodig, genoot van het gezelschap van leuke jongemannen en kon zich
daarom menigmaal niet vrij maken voor het keurslijf van school of verplichte kerkgang.
Daarmee bleek ze met regelmaat buiten de lijntjes te kleuren. Ik concludeerde al snel dat
niet aan haar lag, maar aan de lijntjes. Die waren veel te krap getrokken voor iemand met
zoveel behoefte aan vrijheid. De paradoxale stap naar het religieuze leven was dan ook niet
zozeer ingegeven door het verlangen naar een godvruchtige levenswijze. Integendeel: het
bleek de enige manier om deze vrije geest in toom te houden en daarmee was het in feite
een opvoedkundige wanhoopsdaad.

Dertien kloosterjaren volgden waarin zij weliswaar haar geloof vond, maar nooit haar
eigenzinnigheid en hang naar rechtvaardigheid verloor. Zij bleek een wappie avant la lettre:
toen zij systematisch gekonkel en bedrog binnen de orde ontdekte en deze misstanden met
een zekere vasthoudendheid aan de kaak wilde stellen werd haar bruut de mond gesnoerd.
Dat bleek nog niet zo gemakkelijk en dus volgde een overplaatsing, want de pijnlijke
waarheid was haar meerderen uiterst onwelgevallig. Uiteindelijk bleek het kloosterleven haar
niet alleen bekeerd, maar ook haast letterlijk verstikt te hebben.
En zo kon het gebeuren dat zij op een goede dag -door haar moeder later omschreven als
‘de mooiste dag uit mijn leven’ – alle moed bij elkaar raapte en deed waar zij goed in was: lef
tonen. Ditmaal kleurde zij niet alleen over de lijntjes, zij knipte ze die zelfs door en
ontsnapte uit het klooster – om er nooit meer terug te keren. De vrijheid was herwonnen.
Na een mooie maatschappelijke carrière verhuisde zij vele jaren later naar een serviceflat
alwaar zij zich, vitaal en hulpvaardig als zij was, ontpopte tot steun en toeverlaat voor vele
medebewoners.
Wat ik niet wist, is dat ze mijn schrijfsels al die tijd en met name in de laatste 2 jaren vanaf
een afstand en met instemming gevolgd had. Want temidden van een omgeving die geen
vragen stelde had zij de eigenzinnigheid en het lef gehad om trouw te blijven aan haar
intuïtie dat er iets niet in orde was. Anders dan veel anderen had zij géén gelijkgestemden
om zich heen die haar hielpen om bij zichzelf te blijven, had zij géén podium om uiting te
geven aan haar mening. Binnen haar leefomgeving bleef zij het onvermoeibare steun- en
ankerpunt voor ouderen en zieken en en ondanks commentaar van haar omgeving dat ze er
vreemde ideeën op na hield bleef zij even onwankelbaar. Nooit verloochende zij haar
overtuiging.
Urenlang spraken wij met elkaar, uren waarin mijn bewondering voor deze wijze, dappere en
standvastige vrouw alleen maar groeide. En zij op haar beurt ervoer de opluchting.
‘Kennelijk zijn mijn gedachten zo vreemd niet. Was ik maar jonger, zoals jij, dan kon ik nog
veel meer doen`,
Mooie Mimie. Ik kan alleen maar grote bewondering hebben voor de levenswandel van mijn
dappere tante, deze integere vrije geest die tegen de stroom in stand hield, zich nooit liet
meeslepen, steeds zelf bleef nadenken, ook als het ongemakkelijk werd.
In tijden van nood en crisis komen dit soort moedige en eigenwijze mensen boven drijven.
Dit zijn de mensen die we echt nodig hebben, in alle gelederen en alle leeftijdscategorieen.
Als bakens van motivatie en hoop laten zij zien wat het betekent om standvastig te zijn, om
te staan voor je oprechte overtuiging, ook als je door je omgeving niet begrepen wordt. In de
afgelopen jaren heb ik vele mensen mogen leren kennen zoals zij, mensen die inspireren,
die de wereld een mooiere plek maken. Of dit nu gebeurt op grote of op kleine schaal: dit
zijn mijn helden.
Ik kijk uit naar de volgende ontmoeting met Mimie, die bewonderenswaardige vrouw die het
haar leven lang aandurfde om haar intuïtie te blijven volgen en die ik dankzij corona pas echt
leerde kennen. En niets was wat het leek.

Blogdo©

Dilemma van een huisarts: nodig ik mijn patienten uit voor de zoveelste COVID-prik?

Vooraf:

Vooraf: Nadat dit bericht minder dan 24 uur op Linked in had gestaan en 17.000 keer bekeken was, werd het verwijderd en werd bovendien mijn account geblokkeerd. Ik zal protest aantekenen en uiteraard doorgaan met schrijven via dit blog. Uiteraard mag dit gedeeld worden, het wordt zelfs op prijs gesteld. Censuur van een open debat is immers onacceptabel.

Enkele dagen geleden liet minister Kuipers weten dat huisartsen bepaalde groepen mensen die als kwetsbaar gezien worden, gaan oproepen voor een nieuwe prik tegen COVID-19. Wij waren daar als huisartsen overigens zelf niet over geïnformeerd.  Dat roept vragen op. Moeten wij ons laten gebruiken als boodschapper voor informatie van een overheid die tot dusver meer weg had van een reclamecampagne? Anderzijds: is het niet informeren over de prik optie niet strijdig met het principe dat de patiënt zelf mag beslissen? Dus: ga ik meewerken aan het uitnodigen van mensen voor deze prikken?

Daartoe is allereerst de vraag van belang of die prik veilig is voor mensen die toch al kwetsbaar zijn. Het dispuut over de onverklaarde oversterfte die Nederland momenteel kent is nog niet uitgewoed.  Onafhankelijke wetenschappers die dit na willen rekenen, hebben om de data gevraagd, maar krijgen die niet 1. En dat terwijl wetenschap is gestoeld op elkaar kritisch bevragen en het openlijk laten toetsen van je metingen 2. Dus moet je als huisarts maar zelf je afweging maken. Veel van mijn collega’s vinden mij te kritisch en vertellen me dat ik gewoon moet vertrouwen op wat overheid en RIVM zeggen. Dat werkt voor mij niet, want ik ben zelf verantwoordelijk dus denk ik graag nu en dan even mee, zeker als het de veiligheid van mijn patiënten betreft. Maar misschien ben ik te eigenwijs en moet ik mijn leven beteren. Laat ik eens kijken hoe dat werkt. 

Als ik kijk naar de informatie van overheid en RIVM van de laatste jaren, waar ik volgens veel collega’s dus gewoon op moet vertrouwen, dan concludeer ik dat we de volgende informatie hebben gekregen. 

1. Het kan een paar weken duren, maar dan is alles weer terug naar normaal 3.

Dat duurde helaas wat langer.

2. De vaccins zijn ‘uit en te na onderzocht’ 4

Maar het onderzoek werd van begin tot eind uitgevoerd door de fabrikant zelf. Die heeft een duizelingwekkende staat van dienst op het gebied van fraude, misleiding en bedrog en hield haar interne veiligheidsrapport geheim.

3. Er komt geen vaccinatieplicht. 

Maar wie niet geprikt werd moest kort nadien vrezen voor zijn baan, mocht niet meer reizen of deelnemen aan het maatschappelijk leven 5. Op straffe van uitsluiting kon je je laten testen – maar dan wel met een test die geen besmetting kon aantonen. Formeel geen plicht, maar wel een schoolvoorbeeld van Orwelliaanse Newspeak.

4. Vaccinatie kent geen bijwerkingen. Dat bleek toch wat genuanceerder te liggen 6. Zo vermeldt de bijsluiter van Comirmaty in paragraaf 5.3 dat er geen onderzoek is gedaan naar schadelijke effecten van de prik op het DNA noch naar kankerverwekkende eigenschappen. Effecten op de vruchtbaarheid blijken alleen bij ratten uitgevoerd 7.
In bijsluiter van het Pfizer vaccin staat ongeveer hetzelfde 8. Inmiddels werden wel aanwijzingen gevonden voor een afname van vruchtbaarheid bij mannen 9 . Die herstelt zich na enkele maanden, schrijven de onderzoekers geruststellend. Maar hoe zit dat eigenlijk na een boostertje of twee, drie? Niemand die het weet. 

5. Vaccinatie beschermt tegen COVID-19 4 .

Hier bleek sprake van een misrekening. Kijk om je heen: mensen zijn, zelfs na 4 prikken, nog gewoon vatbaar.  

6. Vaccinatie geeft langdurige immuniteit tegen COVID-19 11 .

Dit bleek op een misverstand te berusten. Al na een paar maanden is je afweer flink afgenomen 12. Wat dat betreft ben je beter af met natuurlijke afweer. 

7. “Je doet het voor een ander”: vaccinatie beschermt tegen overdracht van COVID-19.

Helaas was dit bij nader inzien een vergissing 10. Na de prik kun je het virus nog gewoon overdragen 13.

8.  Vaccinatie beschermt tegen long covid.

Deze opmerking bleek wat te voorbarig: bescherming tegen long covid is er niet 14

Kritische dokters zouden naar mijn idee hun visie met regelmaat op grond van de praktijk moeten evalueren. Wie dat doet kan niet anders dan vaststellen dat een beleid van vertrouwen op overheid en RIVM bepaald geen goede strategie was. 

Ik herinner me een politica die meende dat artsen die desinformatie verspreiden, uit hun beroep gezet moeten worden. Maar desinformatie wil en doe ik natuurlijk niet. Ik zal het anders oplossen, met inachtneming van de keuzevrijheid van de patient. Om geen desinformatie te verspreiden mag en zal ik mijn patiënten in elk geval niet vertellen dat het vaccin ‘uit en te na onderzocht’ is, beschermt tegen besmetting, overdracht, long covid of dat het geen bijwerkingen kent. En laten we nou gewoon eerlijk zijn: ik denk dat geen enkele dokter dat kan doen. Wie dat wel doet, verspreidt desinformatie.

Blogdo©

Referenties:

  1. https://www.nporadio2.nl/nieuws/podcast/426714a1-d771-4907-8449-344f96490c26/rivm-trekt-te-vroeg-conclusies-uit-onderzoek-naar-oversterfte
  2. https://www.ntvg.nl/artikelen/dwalingen-de-methodologie-vii-reproduceerbaarheid-van-metingen
  3. https://www.rijksoverheid.nl/documenten/mediateksten/2021/08/13/letterlijke-tekst-persconferentie-minister-president-rutte-en-minister-de-jonge-13-augustus-2021
  4. https://www.trouw.nl/opinie/minister-de-jonge-moet-zelf-ook-geen-nepnieuws-over-vaccins-verspreiden~b4265c03/
  5. https://www.ad.nl/binnenland/er-zou-nooit-indirecte-vaccinatiedwang-komen-nu-rolt-de-jonge-coronapas-verder-uit~a03f1056/
  6. https://papers.ssrn.com/sol3/papers.cfm?abstract_id=4125239
  7. https://www.ema.europa.eu/en/documents/product-information/comirnaty-epar-product-information_nl.pdf
  8. https://www.ema.europa.eu/en/documents/product-information/spikevax-previously-covid-19-vaccine-moderna-epar-product-information_nl.pdf
  9. Gat, I, Kedem, A, Dviri, M, et al. Covid-19 vaccination BNT162b2 temporarily impairs semen concentration and total motile count among semen donors. Andrology. 2022; 1- 7
  10. https://www.trouw.nl/opinie/minister-de-jonge-moet-zelf-ook-geen-nepnieuws-over-vaccins-verspreiden~b4265c03/
  11. https://www.rivm.nl/covid-19-vaccinatie/vragen-achtergronden/werking
  12. https://www.nejm.org/doi/full/10.1056/NEJMoa2118946
  13. https://www.medrxiv.org/content/10.1101/2021.11.12.21265796v1
  14. https://www.nature.com/articles/s41591-022-01840-0

Meld je aan om niets te missen

Mijn blogs verschijnen voorlopig nog op Linked in maar worden steeds sneller verwijderd. Wil je op de hoogte blijven als er nieuwe blogs verschijnen en ze hier teruglezen? Meld je dan aan en ik zorg dat je een bericht krijgt.